Een goede werfopvolging is van groot belang tijdens het bouwproces. Bij DLV staan we jou hier graag mee bij. Maar wat houdt zo’n werfopvolging precies in?
Een goede opvolging van de werken kan pas gebeuren wanneer je beschikt over een degelijk uitvoeringsdossier. Zo’n uitvoeringsdossier bevat:
De hoeveelheden van de materialen vind je terug in de meetstaat. Al deze materialen zijn verder technisch gespecifieerd in het bijhorende lastenboek, waar ook een administratief deel bij hoort.
De uitvoeringsplannen zijn gebaseerd op de plannen van de aanvraag van de omgevingsvergunning, maar zijn technisch veel sterker uitgewerkt. Aan de hand van de nodige studies (bodemgesteldheid, funderingen…) worden deze plannen namelijk aangevuld met de diktes van staal en beton, de precieze vloer-, wand- en dakopbouw, tal van details ter hoogte van bouwknooppunten enz.
Deze documenten vormen de leidraad voor de architect die de werken opvolgt.
De taken, plichten en verantwoordelijkheden van de architect worden in België grotendeels bepaald door de Wet van 20 februari 1939. Deze wet voorziet dat het opvolgen van de werken verplicht is. Logisch in die zin dat de taak van de architect niet stopt bij het uittekenen van de plannen. Het is namelijk zijn taak dat de bedoelde werken ook effectief correct uitgevoerd worden, volgens de afgeleverde omgevingsvergunning én volgens de regels van de kunst.
Het aantal werfbezoeken hangt uiteraard af van de duur én de complexiteit van de werken. In bouwintensieve periodes zal dit eerder wekelijks zijn, in bouwluwe periodes eerder maandelijks.
In elk geval is het verstandig om aan te vatten met een startvergadering met alle betrokken partijen. Op deze manier leren de verschillende partijen elkaar beter kennen, kunnen er afspraken gemaakt worden rond werfinrichting en planning, en kunnen de verschillende fase van het project al eens doorlopen worden.
Eenmaal het bouwproject start, maakt de architect gedurende zijn bezoek een rondgang, samen met zijn opdrachtgever en de aannemer.
Uiteraard wordt er van elk werfbezoek een werfverslag gemaakt. Zo kan hier in een latere fase altijd naar teruggrepen worden. Een dergelijk verslag vermeldt de aanwezigen/afwezigen, de vordering van de werken, omschrijvingen van mogelijk gebreken of tekortkomingen enz. Het verslag wordt na afloop naar elke tussenkomende partij gestuurd.
Finaal – op het einde van de werken – wordt er een proces-verbaal van vaststelling opgemaakt, zeg maar de formele oplevering. In eerste instantie is dit een voorlopige oplevering. Op dat ogenblik wordt een overzicht gemaakt van alle openstaande werken in verhouding tot het afgesproken bouwbudget.
Eén jaar na de voorlopige oplevering gaat de definitieve oplevering door. Er wordt nagekeken of aan alle afspraken is voldaan. Vervolgens worden de laatste openstaande bedragen vereffend.
Geert en Dieter Persyn baten als vader en zoon elk een site van hun zoogkoeienhouderij uit op twee verschillende locaties in Menen.
In 2017-2019 vernieuwde het vroegere Praktijkcentrum van KU Leuven in Lovenjoel grondig. De nieuwe state-of-art dierfaciliteiten en technische hall maken TRANSfarm een ideale partner voor KU Leuven labo's en internationale consortia.
Kurt en Nele verzorgen de aanleg en het onderhoud van tuinen bij particulieren en bedrijven. Wat initieel startte als bijberoep is ondertussen uitgegroeid tot een gevestigde waarde in Staden en omstreken.