Milieu effecten rapport

Sinds 2004 is er een Milieu effecten rapport (kortweg MER) besluit van kracht dat bepaalt of er een bijkomende studie noodzakelijk is om een omgevingsvergunning te kunnen indienen. Afhankelijk van de activiteit die men wil realiseren, zal deze al dan niet opgenomen zijn in de bijlagen van het MER besluit. Op welke bijlage de activiteit is terug te vinden, bepaalt of er een project-MER (bijlage I), een ontheffing (bijlage II), een MER screening (bijlage III) of helemaal geen bijkomende studie moet opgemaakt worden. 

Volgende activiteiten uit de veehouderij zijn opgenomen in bijlage I en zodoende onderworpen aan de MER plicht: Installaties voor intensieve pluimvee- of varkenshouderij met meer dan:

  • 85.000 plaatsen voor mesthoenders (ander gevogelte dan legkippen)

  • 60.000 plaatsen voor hennen (legkippen)

  • 3.000 plaatsen voor mestvarkens (van meer dan 20 kg)

  • 900 plaatsen voor zeugen

In het MER wordt er afgetoetst aan diverse milieukwaliteitsnormen (afstandsregels voor varkens- en pluimveestallen, geluidsnormen, richtlijn water, verontreiniging naar bodem, biodiversiteit, kwaliteitsnormen voor de mens, mobiliteit, streefwaarden geur- stof & ammoniak, PAS -kader, BBT & BREF’s, archeologie, …). 

Het rapporteert de milieueffecten van het voorwerp van de omgevingsaanvraag en dient als ondersteunend document voor de vergunningverlenende overheid.


Onze expertises